Interieurs in Nederlandse museumdepots
RaadSaam Erfgoedprojecten en CollectieConsult, zijn een onderzoek gestart in het kader van het programma van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) over historische interieurs.
De vraag
Door ons werk als adviseurs komen wij geregeld in depots waardoor wij weten dat er in een aantal museale collecties interieurs en delen van interieurs bewaard worden, afkomstig uit patriciërshuizen, gewone woonhuizen, stadhuizen, industriële panden of winkels. Vaak zijn deze interieurstukken in losse onderdelen op schappen en planken opgeborgen in het depot. Helaas verlaten zij het zelden voor een nieuwe bestemming. In het huidige museale beleid, dat gekenmerkt wordt door aandacht voor cultureel ondernemen en bezoekcijfers, wordt het door de overheid juist aangemoedigd om kritisch te kijken naar museale stukken die op deze wijze een permanent Doornroosje-bestaan leiden in depots. Want waarom zou een depotstuk van het ene museum niet het zaalstuk voor een ander museum kunnen worden? Daarom en ook omdat wij denken dat dit soort stukken kunnen worden ingezet voor een veel groter en meer divers publiek, is het ons inziens anno 2018 nodig opnieuw kritisch te kijken naar deze objecten die in ‘slaapstand’ verkeren en daarbij ook niet-museale oplossingen in ogenschouw te nemen.
Onze uitvoering
Als eerste stap in het onderzoek wilden we in kaart brengen hoe groot het aantal interieurs of belangrijke interieur onderdelen in de museale depots is. Daarbij was niet alleen van belang om een overzicht te krijgen in de hoeveelheid interieurs die in de depotrekken liggen opgeslagen, hoe compleet deze zijn en wat de staat van conservering is, maar ook om inzicht te krijgen in de mogelijkheden tot hergebruik. Bij deze eerste inventarisatie is ervoor gekozen om het kerkelijk interieur niet op te nemen. Omdat deze eigen gebruikersgroepen, netwerken en herplaatsingsmogelijkheden kent, onder andere bij Museum Catharijneconvent2 in Utrecht, die buiten dit onderzoek vallen.
Dit onderzoek wordt mogelijk gemaakt door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Programma Monumentale Interieurs. In samenwerking met CollectieConsult.